Klaas-Jan Huntelaar heeft zijn voetbalschoenen al geruime tijd ingeruild voor een technische functie bij Ajax. Sinds het vertrek van Marc Overmars heeft hij samen met Gerry Hamstra de touwtjes in handen op het technische gebied, maar het stoppen met voetbal ligt de oud-spits nog steeds zwaar.

Dat vertelt hij in een uitgebreid interview met Ajax TV. Over twee periodes heeft hij bij de Amsterdammers de nodige mooie momenten beleefd, die mist hij zo af en toe nog wel eens. "Natuurlijk, want voetbal is het leukste wat er is. Maar op een gegeven moment houdt het op. Zo gaat dat, weet je. Ik mis vooral de wedstrijden, de kleedkamer en het presteren. Het bezig zijn met je lichaam. Het is iets wat je vanuit je jeugd hebt gedaan en zo doorgaat tot het moment dat je stopt. Ik vond het heel lastig om te stoppen", aldus de oud-topspits.

Lees ook: Driessen zet vraagteken bij keuze Schreuder: 'Dat was opmerkelijk' 

Als een nachtkaars uit

Voor Huntelaar eindigde zijn voetbalcarrière bij Ajax in het afgebroken coronaseizoen. "We gingen coronatrainingen doen en ik merkte dat Marc Overmars een beetje zat van: wat gaan we doen? Mijn contract liep af, want ik tekende elke keer voor een jaar. Er was al twee jaar twijfel vanuit Ajax over wat we gingen doen. Ik voelde vanuit mezelf dat ik nog waarde had en wilde spelen. Elke keer kwam het toch nog goed en tekende ik bij. Die zomer merkte ik dat ze liever wilden dat ik stopte", vertelt Huntelaar openhartig. 

In zijn tijd bij Ajax won Huntelaar drie keer de beker, twee keer de Johan Cruijff-schaal, werd hij twee keer kampioen en één keer topscorer. Een groots afscheid hoefde voor hem echter niet. "Ik ga niet na één wedstrijd afscheid nemen. We zeiden dat we zouden kijken hoe het zou lopen. Ik wist al dat ik bijna niks zou gaan spelen. Uiteindelijk pakte ik toch nog een paar minuten, maar wel vaak weinig."