Het voetbaljaar 2022 zit erop. In de buitenlandse topcompetities waren dit jaar weer tientallen Nederlandse spelers actief. Waar sommigen genoegen moesten nemen met een bijrol groeiden anderen juist uit tot belangrijke pionnen bij hun clubs. FCUpdate.nl zet de beste tien voor je op een rijtje.

10. Luuk de Jong

Had aan een half seizoen in het buitenland genoeg om toch in deze lijst te belanden. De huidige aanvaller van PSV leek bij FC Barcelona op een dood spoor te zijn beland toen Ronald Koeman werd ontslagen en opgevolgd door Xavi Hérnandez. De voormalig middenvelder leek weinig op te hebben met de kopsterke Nederlander, voor wie het gepolijste positiespel van de Catalaanse club doorgaans een tempo of twee te snel gaat. De Jong groeide echter meermaals in korte invalbeurten uit tot redder van zijn trainer, door met late treffers liefst acht punten veilig te stellen. Xavi gaf zwaaide hem daarvoor terecht alle lof toe en noemde het zelfs 'een privilege' om met hem samen te mogen werken en heel Camp Nou zong zijn naam. 

9. Vincent Janssen

Ooit, in 2017, was Vincent Janssen eerste spits van Oranje en verdiende hij als topscorer van de Eredivisie een toptransfer naar Tottenham Hotspur, dat destijds liefst 17 miljoen euro overmaakte naar AZ. Hij kon de verwachtingen in Londen echter nooit waarmaken en flopte ook als huurling bij Fenerbahce. In de Mexicaanse competitie verdween hij bij Monterrey uit beeld bij de Nederlandse voetballiefhebbers, maar afgelopen zomer haalde Marc Overmars hem ineens terug naar Europa. Bij het Antwerp FC van trainer Mark van Bommel imponeerde Janssen met negen treffers in zeventien duels, waarmee hij een verrassende terugkeer in de selectie van het Nederlands elftal afdwong. Een knappe revival waarmee hij zich liet zien als Nederlander in het buitenland. 

8. Sven Botman

In januari wordt Sven Botman 'pas' 23 jaar. Toch heeft de verdediger al een Franse landstitel met Lille achter zijn naam staan en verdiende hij in de zomer van 2022 een overgang naar het steenrijke Newcastle United. Bij die club knokte hij zich vanaf oktober naar een vaste plaats in de basis, wat de club bepaald geen windeieren heeft gelegd. Met Botman als anker centraal achterin bleef de club in de drukke maanden voorafgaand aan het WK liefst acht Premier League-duels op rij ongeslagen en verloor het in die serie bovendien maar twee punten door gelijk te spelen bij het Manchester United van Erik ten Hag. Louis van Gaal stuurde Botman daarna op vakantie door hem niet op te nemen in zijn definitieve selectie voor het WK. Dat was direct ook het enige smetje op het seizoen van de sterke verdediger, die zijn kans in Oranje ongetwijfeld weer gaat krijgen als hij doorgaat op de huidige voet.

7. Teun Koopmeiners

Trainer Gian Piero Gasperini van Atalanta Bergamo is dolblij met de veelzijdigheid van Teun Koopmeiners. De Italianen betaalden in de zomer van 2021 liefst 14 miljoen euro aan AZ om de middenvelder over te nemen. In de Eredivisie liet hij al zien dat hij niet alleen de balans kan bewaken maar ook een doelpunt kan maken, wat hem ook in Italië steeds vaker lukte. Wat bijvoorbeeld te denken van de wedstrijd tegen Torino in september? Atalanta won met 3-1 en Koopmeiners nam met twee benutte strafschoppen en een veldtreffer de volledige productie van zijn elftal op zich. Had op het WK in Qatar de nodige moeite om zijn draai in het Nederlands elftal te vinden, maar gaf de assist bij de 2-2 van Wout Weghorst tegen Argentinië door een vrije trap doodkalm langs de muur te passen.

6. Jeremie Frimpong

De grote verrassing in de WK-selectie van het Nederlands elftal. Was in Nederland nauwelijks bekend omdat hij al op zevenjarige leeftijd met zijn ouders naar Engeland verhuisde, waar hij in de jeugdopleiding van Manchester City belandde. Wist daar niet door te breken en vertrok naar Celtic, waar hij uitgroeide tot basisspeler en in 2020 als Speler van het Jaar vertrok naar Bayer Leverkusen. Veroverde daar een basisplaats, maar scheurde in maart van dit jaar zijn enkelbanden. Hij keerde echter bijzonder sterk terug in het nieuwe seizoen, getuige zijn vijf doelpunten in vijftien Bundesliga-duels. Het leverde hem een even verrassende als verdiende plaats in de selectie van Van Gaal op, al kwam het dit jaar nog niet tot een debuut in Oranje.

5. Mark Flekken

Hoewel het mislopen van het WK in Qatar een enorme teleurstelling betekende voor Mark Flekken kan de doelman toch terugkijken op een uitstekend jaar. Eindigde in mei als zesde in de Bundesliga met het bescheiden SC Freiburg, dat zelfs lange tijd uitzicht had op een plaats in de Champions League. Trok vervolgens zijn goede vorm moeiteloos door naar het nieuwe seizoen, waarin zijn club bij het ingaan van de door het WK vervroegde winterstop zelfs tweede staat achter Der Rekordmeister Bayern München. Hield bovendien drie keer de nul in vijf Europa League-duels.

4. Nathan Aké

Had in de eerste helft van het jaar nog relatief een bescheiden aandeel in de landstitel van Manchester City, waar hij veelvuldig als ongebruikte reserve of als invaller werd gebruikt. Mocht na de zomerstop echter veel vaker spelen in het elftal van Pep Guardiola, die zich in april al zeer lovend over de 27-jarige verdediger uitliet. Speelde aan het eind van het jaar een uitstekend WK met het Nederlands elftal, waarop hij vanaf het eerste groepsduel een basisplaats had. Blinkt al het hele jaar uit door zijn duelkracht, ook in de lucht. Vooral dat laatste is opmerkelijk gezien zijn voor een centrale verdediger geringe lengte van 1.80 meter.

3. Frenkie de Jong

Bij FC Barcelona was Frenkie de Jong het afgelopen jaar vaak de meestbesproken speler, maar niet op de manier waarop hij dat zelf voor ogen zou hebben gehad. De club zou zelfs van hem af willen om financiële ruimte te maken voor het aantrekken van een nieuwe wereldster, wat onder meer leidde tot het lekken van zijn contract naar de media. Bovendien gaf trainer Xavi regelmatig de voorkeur aan een volledig Spaans middenveld met Sergio Busquets en de toptalenten Gavi en Pedri. Toch knokte Frenkie zich met succes terug in het elftal en bewees hij met zijn ongekende dribbels waarom de club drie jaar geleden liefst 86 miljoen euro overhad voor zijn komst.

2. Virgil van Dijk

De marathonman van Liverpool en Oranje mag in deze top-tien zeker niet ontbreken. Deed in de eerste helft van het jaar tot het laatst mee om twee hoofdprijzen, maar had de pech dat Manchester City het prolongeren van de landstitel voorkwam door één punt meer te behalen. Haalde bovendien zijn derde Champions League-finale in vijf jaar, maar verloor deze net als in 2018 van Real Madrid. Na de zomer zakte de vorm van zijn club echter ver weg, getuige de zesde plaats waarop Liverpool zich momenteel terugvindt in de Premier League. Liet zich op het WK in Qatar echter weer zien als onbetwiste leider van Oranje en kan ondanks zijn gemiste strafschop tegen Argentinië terugkijken op een goed debuut op een eindtoernooi, al komt er in Engeland wel steeds meer kritiek op zijn spel. 

1. Denzel Dumfries

Won in zijn debuutseizoen bij Internazionale direct de Serie A. Had daarin bovendien een fors aandeel met vijf competitietreffers en evenzoveel assists. Dumfries deed daarmee wat vooraf door weinigen voor mogelijk was geacht: zijn voorganger Achraf Hakimi doen vergeten. De Marokkaan vertrok in 2021 voor liefst 68 miljoen euro naar Paris Saint-Germain, maar dankzij het overtuigende spel van Dumfries heeft niemand in Milaan het nog over hem. Was bovendien een vaste waarde in Oranje, waar hij op het WK in Qatar de aandacht trok door in de achtste finale tegen de Verenigde Staten met een doelpunt en twee assists een aandeel te hebben in de volledige Nederlandse productie.