Het CAS, het internationale sporttribunaal, heeft zich uitgesproken in de zaak die de voetbalbond van Chili aanspande tegen de WK-deelname van Ecuador. De groepsgenoot van het Nederlands elftal kan opgelucht ademhalen: het mag 'gewoon' meedoen in Qatar.

Chili wist zich niet te kwalificeren, maar rook bloed toen bleek dat Ecuador in de persoon van Byron Castillo een speler had opgesteld die niet de Ecuadoriaanse nationaliteit zou hebben. Uit onderzoek zou zijn gebleken dat Castillo geboren is in Colombia, en dat hij derhalve helemaal niet voor Ecuador had mogen uitkomen in de kwalificatiereeks voor het WK. 

Chili meende om die reden recht te hebben om in plaats van Ecuador mee te mogen doen aan het WK. Het CAS gaat slechts deels mee in de beschuldigingen. Het vindt dat Ecuador wel valse documenten heeft getoond, en veroordeelde het land daarom tot een boete van omgerekend zo'n 100.000 euro. Daarnaast moet het de volgende WK-kwalificatiereeks beginnen met drie punten aftrek. Van het intrekken van het startbewijs voor het toernooi van 2022 is echter geen sprake. 

Vierde deelname

Voor Ecuador kan de focus nu volledig op het toernooi van dit jaar. In groep A treft het buiten Nederland ook gastland Qatar en Senegal. Ecuador is er in Qatar voor de vierde keer bij op de mondiale eindronde. In 2002 lukte dat pas voor het eerst, maar ook in 2006 en 2014 waren de Zuid-Amerikanen van de partij. Alleen in 2006 wist het de groepsfase te overleven, waarna het in de achtste finale werd uitgeschakeld door Engeland.