Antoine Griezmann dreigt onderwerp te worden van een juridisch steekspel tussen FC Barcelona en Atlético Madrid. Dat schrijft Cadena SER donderdag. De 31-jarige Fransman wordt dit seizoen door trainer Diego Simeone steevast pas in de laatste dertig minuten als invaller in het veld gebracht om onder een verplichte transfersom van 40 miljoen euro uit te komen. Juristen van Barça zou deze constructie echter betwisten en willen die aanvechten voor de rechter.

Het verschil van inzicht richt zich op een clausule in het tweejarige huurcontract van de aanvaller. Volgens Atléti houdt deze bepaling in dat zij Griezmann na twee seizoenen verplicht moeten overnemen tegen de vastgestelde 40 miljoen als hij meer dan 50 procent van de mogelijke speelminuten maakt. Barcelona zou echter beweren dat deze clausule enkel slaat op het eerste jaar, waarin Griezman met 81 procent speeltijd ruim boven de vastgestelde norm bleef.

Sportief gezien legt de rol als supersub van de ploeg van Diego Simeone bepaald nog geen windeieren. Afgelopen woensdag was Griezmann nog goud waard, door in de elfde (!) minuut van de blessuretijd de beslissende 2-1 op het bord te zetten in de Champions League-wedstrijd tegen FC Porto.

Barcelona betaalde in 2019 nog nog 120 miljoen euro aan Atlético om Griezmann over te nemen. De aanvaller, die een jaar daarvoor nog wereldkampioen werd met Frankrijk, kon in Camp Nou echter nooit volledig overtuigen. In 74 competitiewedstrijden voor de Catalanen kwam hij tot 22 doelpunten en twaalf assists, waar hij in Madrid nog bijna één op twee liep.

Lees ook: Atlético probeert Barcelona te sarren met korte invalbeurten Griezmann