Feyenoord timmert aan de weg om het gat met Ajax langzaamaan te dichten door een voorbeeld te nemen aan de rivaal. De Rotterdammers hebben met het bereiken van de finale van de Conference League dit seizoen veel waarde gecreëerd op het veld, met veelal zelfopgeleide spelers van wie de contracten aan het begin van dit jaar werden opgewaardeerd. Iets dat Ajax in het verleden ook veelvuldig deed met hoge inkomsten als gevolg. 'Dit bedrijfsmodel van Ajax streeft Feyenoord ook na', ziet Wim Kieft.

In zijn column in De Telegraaf trekt de oud-international deze conclusie. 'Interessant voor clubs uit de grote Europese competities zijn de zelfopgeleide backs Tyrell Malacia, Lutsharel Geertruida en middenvelder Orkun Kökcü. Of keeper Justin Bijlow. Alleen zal dit kwartet deze zomer geen bedragen van meer dan twintig miljoen euro per speler opleveren', noemt Kieft nog wel een verschil met Ajax, dat zeker na het Champions League-seizoen heel veel miljoen incasseerde.

Luis Sinisterra is een speler die wél voor meer dan twintig miljoen euro over de toonbank zou kunnen gaan. 'Niet voor niets staat hij in het beste elftal van de Conference League afgelopen seizoen. Sinisterra is tevens gekozen tot grootste talent van de Conference League. Zoiets draagt bij aan een hogere marktwaarde', merkt Kieft op.

Lees ook: Feyenoord overspoelt 'Team van het Jaar' in Conference League

Transfervrije Ajax-spelers

Bij Ajax is het deze transferzomer juist wat minder met het geld incasseren voor zelfopgeleide spelers, omdat Noussair Mazraoui transfervrij verkast en Ryan Gravenberch een aflopend contract heeft in 2023 en daardoor niet de hoofdprijs oplevert. 'Naast de Europese inkomsten vormen transferinkomsten de levensader van Ajax. Om de hoofdprijs te ontvangen moet de club het geluk hebben dat spelers doorbreken met een langjarig doorlopend contract', aldus Kieft over de vertrekkers in Amsterdam.