Liverpool heeft zondagavond uitstekende zaken gedaan in de Premier League. Het won in een verhitte Merseyside-derby van Everton en slaat daarmee twee vliegen in één klap. Door de 2-0 zege sluit het namelijk weer aan bij Manchester City in de titelstrijd, maar daarnaast geeft het ook de grote rivaal uit Liverpool een flinke tik in de degradatiestrijd.

Met Virgil van Dijk in de basis begon er maar één Nederlander aan de aftrap. Donny van de Beek is nog altijd geblesseerd en was dus helemaal niet van de partij, terwijl Anwar El Ghazi op de bank zat bij Everton. De uitploeg zag eerder concurrent Burnley al winnen, waardoor het een zege nodig had om niet onder de degradatiestreep terecht te komen. Daarbij haalde het alle trucs uit de kast.

Vanaf minuut één probeerde de formatie van Frank Lampard de wedstrijd te ontregelen. Overtredingen, tijd rekken en gele kaarten pakken. Toch bleek deze tactiek niet de succesformule, want na een uur spelen kwam Liverpool op voorsprong door een goal van Andy Robertson die raak kopte na een assist van Mo Salah. Vanaf dat moment had Everton ook ineens kansen nodig, maar die kon het maar niet creëren.

Lees ook: PL: cruciale assist Weghorst duwt Van de Beek onder streep

Net voor het einde van de wedstrijd gooide Divock Origi de wedstrijd nog helemaal in het slot met de 2-0, wederom uit een kopbal. Everton staat nu op de achttiende plek, waarmee het virtueel is gedegradeerd. Wat wel in het voordeel spreekt van Van de Beek en co, is dat het een wedstrijd minder heeft gespeeld dan Burnley. Met onder meer Leicester City, Chelsea en Arsenal heeft het echter wel een aanzienlijk moeilijker programma.