Joël Veltman doet momenteel uitstekende zaken met zijn Brighton and Hove Albion. De ploeg won zondagmiddag zeer knap van Leicester City met 2-1, waardoor het terug te vinden is op plek drie in de Premier League. Daarmee houdt het onder meer grootmachten als Manchester City en Tottenham Hotspur onder zich. Manchester United ontsnapte in de laatste minuten tegen West Ham twee keer, in een duel waar Cristiano Ronaldo weer belangrijk was.

De Nederlander mocht van coach Graham Potter wederom in de basis beginnen. Veltman kan dit seizoen steeds op een basisplek rekenen, soms als rechtsback, maar ditmaal in het centrum van de verdediging. Lang hield hij de boel achterin dicht en via Neal Maupay en Danny Welbeck kwam het op een comfortabele 2-0 voorsprong tegen Leicester.

Uiteindelijk moest Brighton toch een tegengoal incasseren en wie anders dan Jamie Vardy was daar verantwoordelijk voor. In het vervolg moest de ploeg het een halfuur lang achterin dichttimmeren en met kunst en vliegwerk slaagde het daar uiteindelijk in. Net voor tijd leek Leicester op gelijke hoogte te komen, maar de VAR redde Veltman en consorten.

Ronaldo weer belangrijk

Hoewel het er lang naar uitzag dat United Brighton and Hove Albion boven zich moest dulden, ontsnapte het in de laatste minuut door de winnende treffer van Jesse Lingard. Nadat het eerder op achterstand was gekomen, had Cristiano Ronaldo de gelijkmaker binnengetikt. Zo leek het te ontsnappen, maar United kreeg in de laatste minuut van de blessuretijd nog een strafschop tegen.

De VAR had een handsbal van Luke Shaw geconstateerd en dus mocht Mark Noble, die speciaal voor dat moment in het veld was gebracht, aanleggen voor de pingel. David de Gea keerde de strafschop echter, waardoor United voor de tweede keer in een paar minuten ontsnapte aan puntenverlies. United staat zodoende op plek twee in de Engelse competitie.