Armindo Bruma lijkt zijn draai bij PSV inmiddels gevonden te hebben, al ging dat niet vanzelf. De Portugees viel tegen in zijn beginperiode bij de club, waarbij heftige privéomstandigheden een rol speelden. Anderhalf jaar later vertelde Bruma voor het eerst openhartig over de zware tijd die hij achter de rug heeft.

"De eerste twee maanden in mijn eerste jaar bij PSV gingen goed", begon Bruma in gesprek met PSV TV. "Ik speelde ook al bij Portugal voor ik hier kwam. Toen de ploeg werd gewijzigd tegen FC Utrecht en ik op de bank terecht kwam, toen begon ik eigenlijk het vertrouwen te verliezen."

Niet alleen sportief ging het minder met Bruma. "Dat jaar is er ook veel gebeurd. Mijn broer in Afrika was overleden en mijn beste vriend, die ook bij me inwoonde, heeft me bestolen. Op dat moment had ik zo weinig energie, niet eens genoeg om überhaupt te trainen of te spelen. Ik vind het nog moeilijk als ik eraan terugdenk. Het was gewoon echt een zware tijd." 

"Ik heb het hier nooit zo over gehad", ging Bruma verder. "Ik was eigenlijk maar alleen. Ik praatte wel iedere dag met mijn moeder, ik wilde met niemand spreken behalve met haar. Het is nu tijd om het naast me neer te leggen en verder te gaan. Ik hoop dat zoiets me nooit meer overkomt. Ik voelde me aan mijn lot overgelaten. Ik was er met mijn verstand niet helemaal bij."