Lionel Messi en FC Barcelona leken bij elkaar te horen als vuur en water, maar nu gaat de speler zijn carrière ergens anders vervolgen. Het is een hard gelach voor de Catalaanse grootmacht. De Argentijn is al jarenlang de pijler van de successen. FC Update zet een aantal van zijn monsterlijke cijfers op een rijtje.

Onder Frank Rijkaard speelde hij voor FC Barcelona zijn eerste officiële duel. Stadgenoot Espanyol is was de tegenstander op 16 oktober 2004. Zijn laatste wedstrijd voor de club heeft hij dus ook onder een Nederlander gespeeld. Trainer Ronald Koeman zal balen van het vertrek. In 742 wedstrijden werd hij 290 keer uitgeroepen tot man van de wedstrijd. Alleen al in La Liga wist hij in 520 wedstrijden 474 keer te scoren en 217 assists te geven. In 2019 was hij de eerste speler die tien seizoenen achter elkaar meer dan veertig doelpunten maakte voor zijn club. In totaal wist hij 48 keer een hattrick te maken voor de club.

In de Champions League was hij in 149 duels betrokken bij 162 goals. Maar liefst 120 keer was hij de afmaker, 42 keer de aangever. De technicus had slechts 123 wedstrijden nodig om honderd keer te scoren in het Miljoenenbal. Daarmee is hij de snelste speler ooit die die magische grens bereikte. In het seizoen 2011/12 werd hij voor de vierde keer op rij topscorer in het Europese toernooi. 

Het leverde niet alleen persoonlijke successen op voor de Argentijn, die zes keer werd uitgeroepen tot beste speler van de wereld. Ook met zijn ploeggenoten was er genoeg te juichen. Messi won vier keer de Champions League met FC Barcelona en mocht zich tien keer kampioen van Spanje noemen. Daarnaast won de club zeven keer de beker in het Messi-tijdperk, werd acht keer de Spaanse Super Cup gewonnen, drie keer de Europese Super Cup en drie keer het Wereldkampioenschap voor club teams.