FC Barcelona, Real Madrid en Juventus mogen weer hopen op de door hen gewenste Super League. De drie topclubs sloegen afgelopen april met negen andere grootmachten de handen ineen om een eigen topcompetitie op te starten, maar de plannen explodeerden al snel. Een gewonnen rechtszaak blaast de competitie nieuw leven in.

Volgens de rechter zijn de straffen voor de Super League-clubs niet gegrond. Zo kregen zij een boete van de UEFA en moesten ze een deel van de Europese inkomsten afstaan. In een gezamenlijk statement laten de topclubs weten weer volop aan de Super League te denken. "Ons doel is om het Super League-project op een constructieve en collaboratieve manier verder te ontwikkelen, waarbij we rekenen op de bijdrage van alle belanghebbenden van het voetbal."

De clubs geven aan vertrouwen te houden in het succes van het project. De grootmachten, zwaar getroffen door de coronacrisis, voelden zich genoodzaakt een plan te smeden om de komende jaren van genoeg financiële middelen voorzien te zijn. Dat leidde drie maanden geleden tot een explosie in de voetballerij.

Arsenal, AC Milan, Chelsea, Atlético Madrid, Internazionale, Liverpool, Manchester City, Manchester United en Tottenham Hotspur trokken zich onder druk van de achterban terug uit de plannen. Real, Barça en Juve bleven stug achter de plannen staan, ondanks de bedreigingen van de UEFA dat zij zouden worden uitgesloten voor deelname aan Europees voetbal.