Club Brugge eindigde het seizoen met een teleurstelling door op de laatste speeldag met 1-2 te verliezen van KRC Genk. De ploeg van John van den Brom trakteerde de kersverse landskampioen daarmee op een pijnlijke nederlaag. Na afloop leidde het echter niet tot woede bij aanvoerder Ruud Vormer.

Vormer wilde hoe dan ook aan de aftrap verschijnen. "Ik had er met de coach over gesproken. Hij vroeg of ik wel wilde spelen. Natuurlijk wilde ik dat", stelde de middenvelder in gesprek met Het Nieuwsblad. "Het feestje zat wel nog een beetje in de benen. We hadden veel gezopen met z'n allen, dus logisch dat het in de benen zit. Je pakt niet je rust zoals normaal. Dus mijn benen waren zwaar, maar dat is niet erg. We hebben een leuke pot neergezet."

Vormer en zijn ploeggenoten maakten er een enorm feest van. "We waren rond drie uur in de nacht in Knokke, en pas om half acht ben ik naar bed gegaan. Om 9 uur moest ik er wel al opnieuw uit, want we moesten op de club zijn voor een coronatest. We hebben wel echt genoten." Een 3-3 gelijkspel tegen RSC Anderlecht was deze week genoeg voor de trofee.

Genk won uiteindelijk dankzij een benutte strafschop van Cyriel Dessers. De ex-aanvaller van NAC en FC Utrecht legde vijf minuten voor tijd met succes aan vanaf elf meter. Kort daarvoor had Ruud Vormer de kampioen op gelijke hoogte gebracht.