Ondanks een opmerkelijke rode kaart voor Zlatan Ibrahimovic heeft AC Milan drie punten gepakt op bezoek bij Parma: 1-3. De ploeg van Stefano Pioli overleefde daarmee een halfuur met een man minder. Daarmee kwam het weer wat dichter in de buurt van koploper Inter, dat zondag alweer een antwoord kan geven.

Hij kreeg al eens rood voor een onbesuisde overtreding en een akkefietje met een tegenstander. Zelden zal het wegsturen van Zlatan Ibrahimovic zoveel vragen hebben opgeworpen bij de kijkers. Na een uur spelen stuurde de arbiter van dienst het fenomeen van AC Milan van het veld, hoogstwaarschijnlijk nadat hij commentaar gaf op een aribtrale beslissing. Milan moest daardoor ruim een halfuur zien te overleven met een man minder.

Dat lukte, al was het uiterst moeizaam. Dankzij Ante Rebic (op aangeven van Zlatan) en Franck Kessié had Milan voor rust een comfortabele voorsprong genomen. Een eenvoudige tweede helft kwam er echter bij lange na niet. Zes minuten na de rode kaart voor Zlatan zorgde verdediger Riccardo Gagliolo voor de aansluitingstreffer. Hij scoorde op aangeven van voormalig Feyenoord-spits Graziano Pellè. Parma moest het stellen zonder de geblesseerde Joshua Zirkzee, die vanaf de tribune zag dat Rafael Leao uit een counter het duel in de blessuretijd besliste.

Met tien man hield Milan uiteindelijk wonderbaarlijk stand, waardoor het geen averij opliep in strijd om de Italiaanse landstitel. Die race lijkt met nog acht speelronden te gaan echter beslist. Inter heeft acht punten meer dan de stadsgenoot en heeft zelfs nog een wedstrijd voor de boeg. De koploper treft zondag Cagliari.