Juventus heeft zonder problemen drie punten toegevoegd aan het seizoenstotaal. Op bezoek bij hekkensluiter Crotone won de Oude Dame met 3-0. Cristiano Ronaldo toonde maar weer eens zijn waarde en voorkwam dat zijn ploeg opnieuw averij opliep. De achterstand op koploper Inter lijk met nog zestien duels zeker niet onoverbrugbaar, maar pijnlijk zal de achterstand voor Juve zeker zijn. 

Juventus walste de laatste jaren vaak met speels gemak door de Serie A heen, ieder jaar weer op weg naar een nieuwe landstitel. Hoe anders is alles dit seizoen, waarin het AC Milan en Inter zijn die met een onderlinge sprint richting de bokaal oude tijden laten herleven. Juventus? Dat volgt op meters afstand. Voor coach Andrea Pirlo zal het in zijn debuutseizoen zelfs als kilometers voelen.

Want ja, zeven punten achterstand op nummer één Inter is bepaald niet mals. Liefst negen keer gaf Juve dit seizoen al de zege uit handen. Tegen Crotone hoefde het nauwelijks te vrezen voor opnieuw een tik in de race om de bovenste plekken. Daarvoor mocht het vooral Cristiano Ronaldo danken. Met twee rake kopballen bracht hij zijn ploeg op 2-0 en kwam hij aan kop van de Italiaanse topscorersranglijst. De teller van Ronaldo staat op achttien goals. Weston McKennie zorgde met de 3-0 voor het slotstuk.

Tegen Crotone kreeg Matthijs de Ligt zoals gewoonlijk een basisplaats bij Juventus. De Nederlander vormde het centrum met Merih Demiral, de Turk die De Ligt afgelopen seizoen nog enkele weken uit de basis hield. Achter hen verdedigde de 43-jarige sluitpost Gianluigi Buffon het doel van Juventus voor de 681ste keer.