Met pijn en moeite plaatste FC Barcelona zich donderdagavond voor de laatste zestien van de Copa del Rey. Omdat zowel Miralem Pjanic als Ousmane Dembélé in reguliere speeltijd een strafschop miste, werd derdedivisionist Cornellà pas na verlenging opzij gezet (0-2). Ronald Koeman was na afloop van de ontsnapping in het bekertoernooi kritisch op zijn ploeg.

Met een B-team, onder meer Lionel Messi en Frenkie de Jong ontbraken, sloeg Barça pas in de verlenging toe tegen Cornellà. Door doelpunten van Dembélé en Martin Braithwaite kende de bekerwedstrijd een goede afloop voor de Catalaanse formatie. "Het belangrijkse is dat we door zijn naar de volgende ronde, maar we kunnen door de gemiste kansen en strafschoppen niet tevreden zijn", begon Koeman. "Over de inzet van de spelers heb ik niets te klagen, maar het gaat ook om het creëren van kansen en effectief zijn. We hadden het zwaar vandaag, dat is onacceptabel."

Zowel Pjanic als Dembélé zag zijn strafschop gekeerd worden door Cornellà-doelman Ramón Juan. "Ik weet niet hoe dat kan. Misschien vonden ze het eng om de strafschop te nemen. Ik weet echt niet hoe het kan dat we zoveel strafschoppen hebben gemist. Maar zonder publiek staat er weinig druk op ze. Je moet je hoofd koel houden", aldus de trainer, die in het verleden menig strafschop benutte.

Hoewel Koeman het Pjanic en Dembélé kwalijk nam dat zij vanaf elf meter misten, deelde hij Cornellà-doelman Juan ook een compliment uit. "Hun doelman was de beste speler op het veld. We kregen genoeg kansen om er een makkelijke wedstrijd van te maken."

Volg FCUpdate.nl ook op Instagram!