Al dertien jaar wacht Tottenham Hotspur op een prijs, maar aan die droogte komt mogelijk binnenkort een einde. De ploeg van José Mourinho was dinsdagavond met 2-0 te sterk voor Brentford en heeft daardoor de finale van de League Cup bereikt.

Mourinho zei voorafgaand aan de bekerwedstrijd dat het zijn belangrijkste wedstrijd was in dienst van Tottenham. Aan de sterke opstelling bleek dat de Portugees het duel inderdaad zeer serieus nam. Eén van de weinige vaste waardes die op de bank zat, was Steven Bergwijn. Hij zag dat het al na twaalf minuten 1-0 werd voor de thuisploeg. Moussa Sissoko kopte knap raak uit een scherpte voorzet van Sergio Reguilon.

Brentford liet zich niet uit het veld slaan en bood Tottenham goed partij. Verassend was dat niet, want de Championship-ploeg was in de League Cup al te sterk geweest voor vier Premier League-teams. Southampton, West Bromwich Albion, Fulham en Newcastle United werden allemaal uit het toernooi gekegeld door Brentford.

De bezoekers beten in de tweede helft van zich af en kwamen door een goal van Ivan Toney zelfs langszij. De goal van de Engelsman werd echter afgekeurd omdat hij nipt buitenspel bleek te staan, zo zag de VAR. Waar Brentford niet scoorde, deed Tottenham dat wel. Heung-Min Son werd twintig minuten voor tijd de diepte in gestuurd door Tanguy Ndombele en schoot overtuigend raak. Aan de zijde van Brentford deed Joshua Dasilva nog wel van zich spreken, door rood te krijgen voor een spijkerharde tackle.

Tottenham bereikt door de winst de finale en gaat het daarin opnemen tegen de winnaar van het duel tussen Manchester United en Manchester City van woensdag.