Engeland heeft met hangen en wurgen de Nations League-wedstrijd tegen IJsland gewonnen: 0-1. Het duel in Reykjavik stevende af op een bloedeloos gelijkspel, totdat de Engelsen vlak voor tijd vanaf de strafschopstip op voorsprong kwamen. IJsland kreeg diep in blessuretijd ook een penalty, maar miste.

Bondscoach Gareth Southgate had in de IJslandse hoofdstad een basisplaats ingeruimd voor Phil Foden. Het talent van Manchester City maakte zijn debuut in het Engels elftal. Later in de wedstrijd debuteerde Manchester United-aanvaller eveneens. De talenten zag hoe Harry Kane vroeg in de wedstrijd doel trof. De goal werd echter afgekeurd omdat de spits buitenspel zou hebben gestaan. Een onjuiste beslissing, zo bleek uit de beelden.

Even later had Declan Rice de score moeten openen, maar hij maaide in kansrijke positie over de bal heen. IJsland beperkte zich voornamelijk tot verdedigen en maakte het de Engelsen behoorlijk moeilijk. Het werd nog lastiger voor de ploeg van Southgate toen Kyle Walker twintig minuten voor tijd zijn tweede gele kaart kreeg.

Met tien tegen elf trok Engeland alsnog de wedstrijd naar zich toe. Vlak voor tijd kregen de Engelsen een strafschop na een handsbal van Sverrir Ingason, die benut werd door Raheem Sterling. Het werd bovendien tien tegen tien omdat Ingason zijn tweede gele kaart kreeg. Diep in blessuretijd kreeg ook IJsland een penalty na een overtreding van Joe Gomez, maar die werd over geschoten door Birkir Bjarnason.