Daniel van Kaam maakte vorig seizoen al zijn officiële debuut in de hoofdmacht van FC Groningen, maar dit seizoen beleeft hij pas zijn echte doorbraak. De negentienjarige middenvelder stond de laatste twee wedstrijden in de basis als controleur bij de Trots van het Noorden en maakt een goede indruk.

Waar FC Groningen vaak wordt verweten dat het onaantrekkelijk speelt, is het spel van Van Kaam allesbehalve dat. De Nederlandse middenvelder heeft een Braziliaanse moeder en dat is te zien in zijn spel. Vorige week tegen FC Emmen dribbelde zoals het een echte samba-voetballer uit Brazilië betaamt, langs tegenstanders alsof zij er niet stonden. Zaterdagavond tegen FC Twente was hij minder nadrukkelijk aanwezig, zo vond hij zelf ook. "Ik had iets meer betrokken willen zijn in het spel. Ik ben een gevoelsspeler, kan in een positieve flow komen als ik een lekkere bal geef. Een paar keer gebeurde dat, maar er stonden ook mindere momenten tegenover", zei hij in het Dagblad van het Noorden.

Ondanks de tweede basisplaats op een rij blijft de jonge middenvelder kritisch. "Ik weet wat ik kan, ben de eerste die toegeeft als het niet goed is. Deze keer tegen FC Twente kon het zeker beter. Ik zou wat meer mijn stempel willen drukken, trek het me ook wel aan dat we weinig kansen hebben afgedwongen."

Van Kaam kwam dit seizoen al drie keer eerder in actie, maar dat was telkens in het eigen stadion. In de Grolsch Veste maakte hij zijn eerste minuten op vreemde bodem. "Het is anders. Ik was de wedstrijden op het sportpark van de jeugd gewend. Als je dan ineens in zo'n groot stadion speelt, de Grolsch Veste is nog groter dan ons stadion volgens mij, is dat een belevenis op zich. Maar als ik eenmaal de bal aan de voet heb, voelt het gewoon vertrouwd hoor."