Mark van Bommel was tevreden over de manier waarop zijn elftal voetbalde tegen ADO Den Haag zondagavond. PSV had de nodige moeite met de opponent uit de Hofstad, maar dat lag vooral aan het gebrek aan effectiviteit van de thuisploeg. "We kúnnen tien doelpunten maken, maar móéten er vijf á zes maken", vond Van Bommel.

Tegenover FOX Sports ging de coach in op de 3-1 overwinning. "We beginnen heel goed, hebben veel kansen gecreëerd en toch komen we achter", zag Van Bommel. "Ik was blij dat we voor rust nog gelijk maken, want ik vond ons goed spelen. Dit was de beste wedstrijd van dit seizoen. Maar als je zo goed speelt, is het moeilijk om dat de tweede helft ook te doen."

Toch zag de coach dat dát wel lukte bij PSV. "Met een mooie goal van Donyell ga je door, maar je kunt niet de 3-1 of 4-1 maken", baalde Van Bommel. "Dan blijf je toch een beetje in zenuwen zitten, omdat er maar één bal goed hoeft te vallen. Zoals bij de 0-1… Hoe de derde goal van ons tot stand komt, zegt dan genoeg over de wedstrijd."

Hirving Lozano: niks kapot

Smetje op de eerste zege van het seizoen was het uitvallen van Hirving Lozano. Na een sprint kwam hij met zijn hak hard op het kunstgrasstukje buiten het veld. "Als je daar volle bak op springt, doet dat pijn. Het kunstgrasveld veert niet bij, hij heeft er last van. Of er wat kapot is? Nee, nee. Er is niks kapot", besloot Van Bommel met goed nieuws.