Italië miste het WK in Rusland, maar nadert na vier kwalificatiewedstrijden het aanstaande Europees kampioenschap. Het elftal van Roberto Mancini schudde dinsdagavond Bosnië-Herzegovina (2-1) met moeite van zich af en is nog zonder puntenverlies, waarmee het verschil met nummer drie Armenië al zes punten is.

De Italianen worstelden met zichzelf en Bosnië. Beide ploegen hadden kansen, waar good old Fabio Quagliarella voor de Azzurri had moeten scoren. Wat Quagliarella naliet, deed Edin Dzeko dat wel aan de andere kant. Van dichtbij tikte de goaltjesdief binnen op aangeven van Edin Visca.

Lorenzo Isigne herstelde vroeg in de tweede helft de schade voor Italië. Met een strakke volley waren beide ploegen weer in evenwicht. Bosnië ging daarna opnieuw dapper op zoek naar een voorsprong. Dzeko bleef de gevaarlijkste man voor de bezoekers. Maar Italië had Salvatore Sirigu onder de lat staan en die voorkwam een tweede tegentreffer.

Ook Italië zocht naar de winnende goal. Na enkele gevaarlijke momenten voor de goal van Ibrahim Sehic kon de thuisploeg voor de tweede keer juichen. Vier minuten voor tijd schoot Marco Verratti naar de zege en naar twaalf punten uit vier wedstrijden.

Overige uitslagen:

Griekenland - Armenië 2-3

Liechtenstein - Finland 0-2