Het Nederlands elftal heeft zich na een zinderende wedstrijd geplaatst voor de finale van de Nations League. De ploeg van bondscoach Ronald Koeman zegevierde in Guimarães na verlenging met 3-1 tegen Engeland. De nummer vier van het voorbije WK was via een strafschop van Marcus Rashford op voorsprong gekomen, maar een kopbal van Matthijs de Ligt leverde een verlenging op. Hierin trok Oranje in een uiterste vermakelijke krachtmeting aan het langste eind door een eigen doelpunt van Kyle Walker en een intikker van Quincy Promes. 

In deze halve finale was Engeland in de openingsfase qua kansen nergens te bekennen. Er was hele lichte dreiging toen Daley Blind een bal niet goed raakte en een corner weggaf, die door Harry Maguire de tribune in werd geschoten. Het bleek symbolisch voor de openingsfase, waarbij er aan beide kanten veel misging. Oranje kreeg de meeste kansjes, al moeten we dat ook niet groter maken dan het is. Steven Bergwijn schoot na acht minuten in de handen van doelman Jordan Pickford en Georginio Wijnaldum en Memphis Depay speelden een twee-tegen-één situatie niet goed uit, omdat laatstgenoemde de bal van zijn voet liet stuiteren. Oranje had de zaken goed voor elkaar en zette Engeland zoveel mogelijk onder druk. Daardoor kon het elftal van bondscoach Gareth Southgate weinig uitrichten, alleen leverde dat Oranje behoudens een paar mislukte voorzetten zelf niet heel veel op.

De weg kwijt

Even later greep de Nederlandse doelman goed in op een hard schot van Fabian Delph uit een afgeslagen vrije trap. Het was alsof Oranje de tegentreffer niet aan had zien komen, iets wat op basis van het spelbeeld niet onlogisch was, en het ineens even kwijt was. Pas in de blessuretijd viel er weer wat dreiging te noteren. Memphis schreeuwde om een penalty, een schot van Wijnaldum werd geblokt en De Ligt kopte een hoekschop naast. De ruststand bleef tegen de verhouding in echter 0-1. Direct na rust claimde ook Bergwijn een strafschop na een vermeende overtreding van Ben Chilwell, maar Oranje kreeg in tegenstelling tot de Engelsen geen kans vanaf elf meter.

Het onrustige Nederland van na de 0-1 bleek ook aan het begin van de tweede helft nog geen verandering te hebben ondergaan. De Engelsen speelden nog steeds met het meeste vertrouwen en zorgden voor dreiging, terwijl Oranje alleen maar achteruit kon lopen. Het mocht Cillessen bedankten dat het 0-1 bleef, omdat de reservekeeper van Barcelona goed ingreep op een kopbal van Jadon Sancho. Dit moment, zo'n tien minuten na de rust, was het startsein voor Oranje om de schroom van zich af te gooien en meer initiatief te nemen. Het is immers een veredelde oefenwedstrijd, dus wat maakt het uit? Memphis had Oranje al snel op 1-1 kunnen schieten, nadat hij de bal afsnoepte van Walker. Helaas besloot de spits meteen van buiten de zestien te schieten in plaats van verder door te lopen en Pickford bracht redding.

Zoektocht naar gaatjes

Dat de Nations League een verbetering is ten opzichte van de normale oefeninterlands bewees de slotfase van deze halve eindstrijd. Engeland leek daarin de finaleplaats te pakken toen invaller Jesse Lingard de 1-2 binnenschoof. Het vergrootglas van de VAR besliste echter anders en keurde de goal af, die op het absolute randje van buitenspel werd gemaakt. Aan de overkant lag het spel daarna weer stil door toedoen van de VAR die een zoveelste penaltyclaim van Oranje ging bekijken, maar uiteindelijk besloot door te laten spelen. In de blessuretijd van maar liefst zeven minuten hadden beide ploegen kans op de zege in extremis. Memphis raakte een voorzet van Bergwijn totaal verkeerd en bij de Engelsen faalden Kane, Lingard en Sterling, waardoor een memorabele negentig minuten nog een fijn staartje kreeg.

Fouten breken Engeland op