Manchester City heeft Liverpool de eerste seizoensnederlaag toegebracht. De ploeg van trainer Pep Guardiola versloeg het elftal met de Nederlanders Virgil van Dijk en Georginio Wijnaldum in de basis in een uiterst levendig duel met 2-1. Sergio Agüero zette de thuisploeg op voorsprong, waarna Roberto Firmino na rust iets terugdeed. Een kleine twintig minuten voor tijd bepaalde Leroy Sané de eindstand.

Liverpool mist treffer op ruim elf millimeter

Het is wat, één van de Europese voetbaltoppers op een doordeweekse donderdagavond. Het zorgde er in ieder geval voor dat de aandacht van zo ongeveer alle mondiale voetbalfans op dé topper van de Premier League gericht konden worden. Het eerste duel van 2019 was er met name voor Manchester City direct een van levensbelang. Voorafgaand aan het duel bedroeg het gat met The Reds immers zeven punten. Dat kwam onder meer door het feit dat Liverpool in 2018 in competitieverband niet verloor.

De eerste helft was, hoe kon het ook anders, vanaf de eerste seconde meer dan aantrekkelijk. Het veldspel was overigens lang niet altijd even goed. Met name de gasten leden meer dan eens totaal onnodig balverlies en dat overkwam de thuisploeg ook. City was de dominantere ploeg en de trotse koploper speelde vooral vanuit de counter.

Daaruit was het na een kleine twintig minuten bijna trefzeker. Na een vlotte aanval, die bij een schitterende actie van Georginio Wijnaldum begon, trof Sadio Mané onfortuinlijk de paal. De terugkomende bal werd door John Stones vol tegen Ederson aangeschoten, waarna diezelfde Stones de bal enkele millimeters (volgens een officieel statement 11,2) voordat de bal de doellijn was gepasseerd weghaalde.

Het spel golfde daarna op en neer, al lukte het beide ploegen niet om echt gevaarlijk te worden. City was nog het dichtst bij een treffer, maar David Silva kon niet scoren. Vijf minuten voor rust lukte dat de thuisploeg echter wél. Een aanval leek eerst stuk te lopen, maar Dejan Lovren liet zich even later aftroeven door Agüero. De Argentijn draaide kort weg en schoot de bal onberispelijk in het dak van het doel: 1-0.

Beide ploegen scoren én laten kansen liggen

Na rust golfde het spel op en neer. Het leverde in ieder geval meer kansen op dan voor de theepauze. De eerste was voor Trent Alexander-Arnold, die een afgeslagen bal hard naast het doel schoot. Namens de thuisploeg probeerden Fernandinho en Danilo het doel onder vuur te nemen, maar bij de poging an sich bleef het, want de bal zeilde in beide gevallen naast. Na ruim een uur spelen kwam Liverpool op gelijke hoogte. Een prachtig uitgespeelde aanval lag daaraan ten grondslag. Andrew Robertson legde bij de tweede paal schitterend terug op de vrijstaande Firmino, die de bal in het lege doel kopte: 1-1.

De gasten leken even beter in de wedstrijd te komen, maar konden niet heel erg lang van de 1-1 genieten. De eerste grote kans na de gelijkmaker viel namelijk ook binnen. Raheem Sterling leverde de bal na een sterke actie af bij Sané, die hard raakschoot in de lange hoek en de bal via de paal binnen zag ploffen: 2-1. Na een grote kans van Agüero, die Liverpool-doelman Alisson Becker net niet goed kon omspelen, drong Liverpool in de slotfase meer en meer aan. Het leidde tot een paar hachelijke situaties voor het doel van Ederson.

Gescoord werd er echter niet meer. Dat lag overigens ook aan de thuisploeg, waar Bernardo Silva en Sterling nog grote kansen lieten liggen. Door de zege brengt City het gat zodoende terug tot vier punten, waardoor de strijd in de Premier League weer helemaal open ligt en ook Tottenham Hotspur, met zes punten minder dan Liverpool, nog altijd een kanshebber op de titel is.