Borussia Dortmund heeft zondag uitstekende zaken gedaan in de strijd om een ticket voor de Champions League. Directe concurrent Eintracht Frankfurt werd in het Signal Iduna Park met 3-2 aan de kant gezet. Grote man aan Dortmund-zijde werd Michy Batshuayi, die diep in de blessuretijd een late gelijkmaker ongedaan maakte.

Voorafgaand aan de ontmoeting stonden Borussia Dortmund en Eintracht Frankfurt in punten gelijk. Voor beide ploegen stond er dus veel op het spel. Na elf minuten moesten de bezoekers uit Frankfurt de eerste tik incasseren. Verdediger Marco Russ verschalkte zijn eigen doelman en zette zo onbedoeld de 1-0 op het scorebord. Die stand bleef lang op het scorebord staan, tot een kwartier voor tijd. Eerst maakten de bezoekers uit Frankfurt via Luka Jovic gelijk, maar twee minuten later herstelde Batshuayi de marge weer.

De wedstrijd leek af te stevenen op een 2-1 uitslag, maar in de blessuretijd vielen nog twee doelpunten. Eerst scoorde Danny Blum, die dacht dat hij met zijn doelpunt Eintracht Frankfurt een punt had bezorgd. Vlak voor het laatste fluitsignaal liet Batshuayi echter het stadion ontploffen door de 3-2 voor zijn rekening te nemen.

Kielekiele voor AC Milan

AC Milan leek zondagmiddag genoegen te moeten nemen met een 0-0 gelijkspel tegen Genoa, maar in de blessuretijd werden de drie punten alsnog veroverd. Matchwinner werd André Silva, die in de blessuretijd met zijn eerste doelpunt in de Serie A zijn team de winst bezorgde. AC Milan kruipt door de zege weer wat dichter bij nummer vijf Inter, dat met een wedstrijd minder nog wel een voorsprong van vier punten heeft.