Een maand en een week na het ontslag van Ronald Koeman heeft Everton dan eindelijk een opvolger in huis voor de Nederlander. Het hing al een paar dagen in de lucht, maar Sam Allardyce werd donderdagavond dan eindelijk gepresenteerd bij de blauwe club van Liverpool.

Bij The Toffees tekent Allardyce een contract tot en met de zomer van 2019. Het wordt alweer zijn zevende club in de Premier League, al had hij nog nooit een echte topclub als werkgever. Bolton Wanderers, Newcastle United, Blackburn Rovers, West Ham United, Sunderland en Crystal Palace had hij eerder al onder zijn hoede.

De 63-jarige Allardyce kwam ruim een jaar geleden nog in opspraak als bondscoach van Engeland, toen undercoverjournalisten poogde uit te leggen hoe FA-regels te omzeilen voor het aantrekken van spelers. Het gevolg was dat hij de bond verliet en na een korte periode bij Palace gaf hij aan er klaar mee te zijn. "Dit is het juiste moment, ik heb geen ambities meer om een andere baan te nemen, ik wil gewoonweg genieten van de dingen die je mist als je twentyfourseven met een voetbalclub bezig bent", zo sprak hij afgelopen mei nog.

Toch is Big Sam daar nu op teruggekomen. Het is voor Maarten Stekelenburg en Davy Klaassen misschien wel een hele welkome verandering. Onder interim-manager David Unsworth waren beide Nederlanders (net zoals Cuco Martina uit Curaçao) uit de gratie geraakt. Zij krijgen nu de kans zich opnieuw te bewijzen. 

Zaterdag zit Allardyce voor het eerst op de bank als Everton-manager: Huddersfield Town komt dan op bezoek in Goodison Park.