De storm rond Mike van der Hoorn is de laatste tijd weer wat gaan liggen, de verdediger speelt vrij geruisloos mee in de defensie van Ajax. De basisklant heeft echter ook moeilijkere tijden gekend in Amsterdam, waar hij na zijn transfer van FC Utrecht vrijwel altijd onderwerp was van gesprek. Hij geeft toe dat zijn overstap met veel problemen gepaard is gegaan.

Bij Utrecht speelde hij 34 eredivisieduels in één seizoen, bij Ajax moest hij genoegen nemen met een bijrol. "Natuurlijk ging dat malen in mijn hoofd. Ik moest het een plekje geven en dat kostte ook tijd. Ik heb moeilijke momenten gekend en wilde mezelf extra graag bewijzen in de wedstrijden die ik wel mocht spelen. Het was frustrerend dat het vaak niet lukte. Toen ging ik dingen doen die ik helemaal niet hoorde te doen. Ik speelde heel anders, was teveel bezig met balbezit en niet met waar mijn kwaliteiten liggen: verdedigen", vertelt hij aan Helden Online.

Door zijn gebrek aan speeltijd in het eerste moest Van der Hoorn zijn opwachting maken bij Jong Ajax in de Jupiler League. "Dan sta je daar op een regenachtige maandagavond. Ik probeerde altijd een goede wedstrijd neer te zetten, maar leuk is anders. Jezelf in de basis spelen bij het eerste doe je toch vooral op de training en door goed te spelen in het eerste."

Van der Hoorn werd in de transferwindow in verband gebracht met een verhuur, maar dat zag hij niet zitten. "Spelers van Ajax die worden verhuurd, redden het meestal niet. Daarom wilde ik niet op huurbasis vertrekken. Ik ben naar Ajax gekomen om te slagen, niet om heel snel weer weg te gaan", aldus Van der Hoorn, die wel nadacht over een transfer. "Ik denk dat Engeland me wel goed ligt, Duitsland misschien ook wel. Als Kenny Tete en Jairo Riedewald weer terugkomen, kan het zijn dat ik weer op de bank beland. Dan zal ik toch verder moeten gaan kijken. Maar nu zit ik in mijn sterkste periode bij Ajax. Ik heb de laatste tijd een goede serie neergezet en hoop dat ik die door kan trekken tot het eind."