Real Madrid heeft bij de verkoop van Angel Di Maria aan Manchester United in 2014 een aantal opvallende clausules laten opnemen in de transferovereenkomst. De Spaanse topclub probeerde met enkele torenhoge 'boetes' te voorkomen dat de Argentijn uiteindelijk zou terechtkomen bij aartsrivaal FC Barcelona.

United betaalde 75 miljoen euro voor Di Maria. In de overeenkomst liet Real een bepaling opnemen waardoor de Engelsen stevig de portemonnee zouden moeten trekken bij een doorverkoop van de aanvaller aan Barcelona. Een dergelijke deal zou United een 'boete' van liefst vijftig miljoen opleveren. Dat bedrag werd na de zomer van 2015 ieder jaar met tien miljoen euro verminderd, tot een minimum van dertig miljoen. De details van de overeenkomst lekten uit via klokkenluiderssite Football Leaks.

Als Di Maria namens United het podium zou bereiken van de verkiezing van wereldvoetballer van het jaar, diende de club van manager Louis van Gaal nog eens vijf miljoen over te maken aan Real. Bij het winnen van de Gouden Bal liep dat bedrag op tot tien miljoen. Het verblijf van Di Maria in Engeland liep overigens uit op een teleurstelling. Hij werd afgelopen zomer door United voor 63 miljoen verkocht aan Paris Saint Germain.