Met een thuisoverwinning op concurrent FC Utrecht is Feyenoord het seizoen prima begonnen. De Rotterdammers wonnen in de eigen Kuip met 3-1, maar dat was vooral dankzij een uitstekende tweede helft. Voor rust was het erg pover, wat Feyenoord liet zien. Te pover, geeft ook aanvoerder Ron Vlaar toe. “Wisselvalligheid hoort bij een jonge ploeg, maar het verschil mag niet te groot zijn.”

In aanloop naar het duel met Utrecht had Ron Vlaar geen flauw benul waar zijn ploeg stond ten opzichte van de concurrentie. De resultaten in de oefenduels tegen Real Mallorca, Benfica en Aston Villa waren niet best, maar veel conclusies konden daar niet aan verbonden worden. Na het duel met FC Utrecht is iets meer duidelijk. Namelijk dat Feyenoord prima kan voetballen, maar ook diep weg kan zakken.

Vlaar vindt dat Feyenoord het spel in de tweede helft tegen FC Utrecht als norm moet nemen. “Als we zo blijven spelen, maak ik me geen zorgen”, zegt de 25-jarige aanvoerder, die 'blij en opgelucht' is dat zijn elftal in die 45 minuten de drie punten veiliggesteld heeft. “FC Utrecht heeft een goede ploeg, het is een directe concurrent voor ons. Daarom is het erg belangrijk dat we hier gewonnen hebben, dit is een goede start van het seizoen. Bovendien is het publiek enthousiast naar huis gegaan.”

Wisselvalligheid. Dat is dus het grootste gevaar bij Feyenoord dit seizoen. Toch geeft het de Rotterdamse burger moed dat de ploeg ook het karakter heeft om wedstrijden die niet lekker lopen om te draaien, zoals tegen FC Utrecht. “In de rust hebben we boel beter neergezet en ging het, ook dankzij het publiek, ineens lopen. Een beetje zoals vorig seizoen, in de beker tegen FC Twente. We gooiden de schroom van ons af. Alleen mag dat de volgende keer ook al vanaf de eerste minuut.”