Een smet op het toernooi, een anti-climax, een wedstrijd zonder cupsfeer. Spelers van Ajax en Feyenoord waren het er na afloop van de eerste finalewedstrijd in de ArenA (2-0) roerend over eens: de heenwedstrijd van de bekerfinale in Amsterdam zonder Rotterdamse fans had weinig met een bekerfinale te maken.

Eindelijk, zullen de meeste voetbalfans gedacht hebben. Na dertig jaar was er weer een bekerfinale tussen de twee grootste clubs van Nederland, Feyenoord en Ajax. De klassieker als cupfinal, mooier kon niet. Althans, zo luidde de eerste gedachte. Maar toen bleek wat voor ellende de affiche met zich meebracht, was de lol er snel af.

Eenmaal op het veld bleek al snel welke nadelen de oplossing van de KNVB met zich meegebracht had. In de eigen ArenA scoorde Ajax binnen zeven minuten twee keer en dat bleek direct het einde van de wedstrijd. Feyenoord wilde de schade vervolgens beperken, terwijl Ajax 2-0 eigenlijk ook wel een mooi resultaat vond, met het oog op de return in Rotterdam. Het gevolg: een 83 minuten durend saai schouwspel, dat in de verste verte niet op een spannende bekerwedstrijd leek.

“Het was meer een Europa Cup-wedstrijd, dan een bekerfinale”, vindt Ajax-verdediger Toby Alderweireld. Ook Demy de Zeeuw miste het bekergevoel in de ArenA. “Er hing een vreemd sfeertje. Dit is niet de climax waar je op hoopt bij een bekerfinale.”

Volgens Ron Vlaar beheerste de wetenschap dat er nog een return komt de wedstrijd. “Het voetbalt anders, als je weet dat er nog een tweede wedstrijd komt. Het echte cupgevoel was er niet. Misschien komt dat op 6 mei, met 50.000 Feyenoordfans in de Kuip. Met 2-0 is er nog niets beslist, dus dat kan nog een mooie wedstrijd worden."

Of het echte cupgevoel er op 6 mei wél is, zal afhangen van het wedstrijdverloop. Eén ding is zeker: wie de beker ook wint, het zal een prijs zijn met een zwart randje.