Het zag er bij rust goed uit voor Montenegro in de uitwedstrijd tegen Armenië, in de vierde speelronde van de kwalificatiecyclus voor het WK 2018 in Rusland. Het Balkanland ging vrijdag na 45 minuten met 0-2 aan de leiding in Yerevan, maar verloor uiteindelijk met 3-2.

Damir Kojaševic en Stevan Jovetic zorgden er met doelpunten in respectievelijk de 36ste en 38ste minuut voor dat Montenegro bij rust met 0-2 voor stond. In de tweede helft kwam er echter een ommekeer. Artak Grigoryan tekende vijf minuten na de pauze voor de aansluitingstreffer en Varazdat Haroyan was in de 74ste minuut verantwoordelijk voor de 2-2. Daarmee leken zij Armenië een punt te gaan bezorgen, maar in de derde minuut van de extra tijd zorgde Gevorg Ghazaryan ervoor dat zelfs alle drie de punten in de Armeense hoofdstad bleven.

Polen profiteerde van de uitglijder van Montenegro, door later op de avond met 0-3 te winnen bij Roemenië. Kamil Grosicki bracht de kwartfinalist van het afgelopen EK in de elfde minuut op 0-1 na een solo door de Roemeense defensie. Robert Lewandowski voerde de score in de slotfase met twee doelpunten, waarvan één penalty, op tot 0-3. De ster van Bayern München haalde daarmee zijn gram jegens het Roemeense publiek, dat meermaals vuurwerk op het veld gooide. Bij één knal, tien minuten na de pauze, stond Lewandowski dusdanig dichtbij, dat hij aangeslagen naar het gras ging.

Met tien punten uit vier wedstrijden is Polen nu alleen de koploper in groep E. Het heeft drie punten meer dan Montenegro. Roemenië blijft op vijf punten steken en zakt daardoor naar de vierde plaats, omdat Denemarken dankzij een 4-1 thuiszege op Kazachstan passeerde. Oud-Ajacied Christian Eriksen (2, waarvan één penalty), Andreas Cornelius en Peter Ankersen troffen doel voor de Denen, bij wie Feyenoord-spits Nicolai Jørgensen in de basis stond en Ajacied Kasper Dolberg als invaller mocht debuteren. Tussendoor was Kazachstan nog op gelijke hoogte gekomen via een schitterende afstandsknal van Gafurzhan Suyumbayev.